Stap 2

Hoezo korte breingraafmomentjes?

In deze stap kom je te weten wat wiskundige breingraafmomentjes in de klas concreet betekenen, en hoe het juist zit met het ‘brein’ in ‘breingraven’.

15 min. lees- en werktijd

Wat onderzoek leert

Weet je wat ‘leren’ met onze hersenen doet? Informatie is niet zomaar in een soort ‘kast’ in de hersenen opgeslagen. Hoe we dan wel zaken onthouden is nog niet helemaal duidelijk. Wat wel duidelijk is, is dat verbindingen tussen hersencellen hier een essentiële rol spelen.

Als zenuwcellen met elkaar ‘communiceren’, dan doen ze dit via elektrische signalen. Tussen twee zenuwcellen is er echter een ‘kloof’, waardoor het signaal niet zomaar kan doorgegeven worden. Deze kloof wordt de ‘synaps’ genoemd. Een synaps is een contactpunt tussen twee zenuwcellen. Het elektrisch signaal in de eerste zenuwcel doet chemische stoffen vrijkomen, die de synaps wel over kunnen, en die in de tweede zenuwcel opnieuw voor een elektrisch signaal zorgen. Op deze manier kunnen signalen van de éne zenuwcel naar de andere doorgegeven worden. Nu blijkt dat bij zenuwcellen die vaak signalen naar elkaar doorsturen, de verbinding tussen de cellen (de synaps) sterker wordt, waardoor het doorgeven van deze signalen makkelijker gaat. Omgekeerd zullen de verbindingen tussen cellen die zelden met elkaar ‘communiceren’ zwakker worden. 

Je zou het systeem kunnen vergelijken met een verkeersteller. Komt op een baan veel verkeer voorbij, dan besluit het systeem om deze baan te verbeteren, waardoor het verkeer daar vlotter kan vorderen.  Omgekeerd zal een baan waar weinig of geen verkeer geteld wordt afgebroken worden, om op die manier meer ruimte en materiaal vrij te maken voor banen die wel veel gebruikt worden.

Placeholder

Inzicht

Vaak gebruikte verbindingen in de hersenen worden ‘sterker’, en lopen daardoor vlotter.
Ons brein past zich aan om zaken die we vaak nodig hebben snel te kunnen ophalen.

Toegepast in breingraafmomentjes

Breingraafmomentjes in een notendop

De metafoor

Uit onderzoek blijkt dat inzicht in hoe ons brein werkt leerlingen kan motiveren om bepaalde leerstrategieën toe te passen. Daarom besteden we in de werkvorm ‘breingraven’ ook aandacht aan de duiding van deze werkvorm via een metafoor.

Naar leerlingen toe gebruiken we de metafoor van de paden die uitgegraven moeten worden. Wanneer je iets leert worden verbindingen in je hersenen gemaakt, bijvoorbeeld een verbinding tussen ‘7 x 8’ en ‘56’. Als je een eerste keer een pad moet maken tussen twee plaatsen, dan zal dat veel werk vragen. Als het pad nadien niet meer gebruikt wordt, dan zal het overwoekeren en minder toegankelijk worden. Daarom is het belangrijk de ‘essentiële paden’ geregeld te onderhouden – wat dieper ‘uit te graven’ dus.

Bij de start van de werkvorm ‘wiskundig breingraven’ wordt de werkvorm uitgelegd aan de hand van een metafoor. Je kan hiervoor onderstaande strip gebruiken.

Nieuwsgierig naar meer?

Door het doornemen van dit leerpad:

  • kom je te weten hoe breingraafmomentjes tegemoet komen aan het verbeteren van het wiskunde-onderwijs;
  • weet je op welke principes vanuit de didactiek en leerpsychologie het breingraven gebaseerd is;
  • heb je jouw eerste breingraafmomentje ontworpen.

Aan de slag in jouw klas

Noteer welke vragen de werkvorm ‘wiskundig breingraven’ bij jou oproept.

Check dit lijstje na stap 9 – hopelijk kon je alles afvinken.

Hoogbegaafde leerlingen hebben vaak moeite met automatiseren van de tafels omdat ze er het nut niet van inzien; ze kunnen de tafels ook heel snel uitrekenen. Uitleggen hoe ons brein werkt via de metafoor van de ‘paadjes’ kan zinvol zijn om het waarom van automatiseren te laten inzien.

Verder snuisteren? Het boek ‘Breindidactiek’ van Gerjanne Dirksen vertelt meer over hoe je de kennis over de werking van het brein kan toepassen in de klas.

ID: block_61afd1b5cc300