- Vestig indien nodig aandacht op veel gemaakte fout: Bent heeft 4 van de 8 delen – waarom klopt dit niet? (bij breuken gaat het steeds om gelijke delen)
- Gebruik de vaste verwoording van breuken om dit op te lossen: Hoeveel gelijke delen zijn er? Hoeveel delen daarvan zijn er voor Bent?
- Besteed aandacht aan de manier waarop leerlingen de oplossingswijze kunnen duidelijk maken op de figuur (onderverdelen in 10 gelijke delen, aantal delen Bent arceren).
Papa, Saar en Bent verdelen de ruimte in de boekenkast. Welk deel van de boekenkast mag Bent vullen?
