Pas de toepassing aan de context aan. Je kan ook werken met hobby’s, lievelingsprogramma,… Je kan eventueel de vraag vereenvoudigen door te vragen hoeveel leerlingen frietjes als favoriet menu hebben (in de plaats van ‘een ander favoriet menu’).
- Besteed aandacht aan de beide oplossingsmethodes:
2/3 van 24 = 16 en 24 – 16 = 8
1/3 kiest iets anders; 1/3 van 24 is 8