- Bespreek het afronden. (Eén mijl = 1,6 km; de wedstrijd is dus 16 km.)
- Bespreek in functie van referentiematen. Verwijs naar de referentiemaat voor 1 km. Hoe lang zou je over het traject van 10 miles doen al wandelend? (gemiddelde wandelsnelheid 5 km/h) Hoe lang zou je over dit traject doen al fietsend? (bv. aan 15 km/h) Loopsnelheid is natuurlijk relatief, je zou met een gemiddelde van 10 km/h kunnen werken.
- Bespreek welke wiskundige vaardigheden nodig zijn om deze opgave aan te pakken (1 km = 1000 m, vermenigvuldigen met 10, afronden).
- Geef achtergrondinfo. Mijl wordt als lengtemaat nog gebruikt in o.a. de Verenigde Staten en Verenigd Koninkrijk (in plaats van km).
In Antwerpen wordt jaarlijks de loopwedstrijd ’10 miles’ georganiseerd.
Mile is een Engelse lengtemaat. 1 mile is 1609,344 m.
Hoe lang is deze wedstrijd? Rond af tot op 1 km.